This device is too small to view this website properly

Try to rotate your device

DOCUMENTS     About : Marie-Jo Lafontaine, Dorine Esser (BE)

About : Marie-Jo Lafontaine, Dorine Esser (BE)

July 25th 2006

Het enigma van het zijn.

“Ich bin ein Weltburger. Uberall zuhause fremd überall.”
Erasmus

Wereldburger en Welschmerz
Marie-Jo Lafontaine stond aan de bakermat van de videokunst samen met de Amerikaanse Koreaan Nam Jun Paik en de inmiddels door Hollywood zwaar gesponsorde Bill Viola. Haar doorbraak beleefde ze op de Dokmenta in Kassel met de video-installatie ‘Les larmes d’acier’. Ze reisde de wereld rond. Van Brussel naar Avignon, Parijs, New York, Londen, Basel, Japan… en Karslruhe waar ze jarenlang als geëerde Frau Professor moderne mediatechnieken doceerde aan de Hochschule für Gestaltung. Haar werken zijn wereldwijd tentoongesteld in de meest gerenommeerde kunsttempels: Guggenheim in New York, Centre Pompidou en Jeu de Paume in Parijs, Tate Gallery in Londen om er een paar tussenuit te lichten.
Marie-Jo Lafontaine is een wereldburger vanwege haar achtergrond en haar kunst. Ze switcht zonder aarzeling tussen Duits, Frans, Nederlands en Engels met soms een vleugje Italiaans ertussen.
Begonnen als jurist met een ambitie voor criminologie ontdekt ze de kunst als belangrijke uitlaatklep voor haar colère een innerlijke woede en Weltschmerz die ze transformeert naar kunst op het scherp van de snede.

“Ik creëer sinds twintig jaar vanuit een diepgewortelde woede in mij die ik ieder moment naar boven kan halen. Het is als een kristalglas waar je op tikt en dat daarna in miljoenen stukjes uiteenspat. Colère is per definitie destructief maar mij zet het aan tot productie. Want als je in de emotie gaat zitten is er niets meer. Dan is alles weg.
Sinds ik het bewustzijn had dat ik dingen kon relativeren dat je kunt observeren en analyseren draag ik dit gevoel met me mee. Vanaf mijn vijfde voelde ik de zwaarte
-peseurs – van de interactie tussen mensen op micro- en macrokosmisch niveau. Sinds jaren heeft zich dit in mij opgestapeld. Ik had evengoed kunnen kiepen. — Ik kies voor de kunst. Zonder kunst vervalt de maatschappij in barbarij. Vanaf het moment dat musea gesloten en boeken verboden worden is de ondergang nabij. Dan krijgen wreedheid en het terrorisme de overhand.
Mijn werken gaan meestals over Eros en Tanathos. Ik serveer woede, wreedheid en het sublime in cadeauverpakking (lacht hartelijk). Het balanceren op het scherp van de snede is de ultieme esthetiek. Kunst heeft altijd met schoonheid van doen.
In schoonheid laten zien waartoe we in staat zijn.”

In haar indrukwekkende video-installaties en monumentale fotografie ziet ze zelf een evolutie. Begonnen als voyeur: een boksgevecht (‘Round around the Ring’), de corrida en flamenco ( ‘A las cinco de la tarde’), een hanengevecht (‘Combat de coqs’). Naar regisseur: het gevecht van twee mannen voor een onbekende vrouw (‘Victoria’), leven, sensualiteit, dood en het meisje op de schommel (‘The Swing’). En een derde luik geïnspireerd door de vier elementen: aarde (‘Passio), vuur (‘’Jeder Engel ist schrecklich’), lucht (‘Uber den Wolken’) en water (‘La mer’).

The Swing
“Het ene werk genereert het andere. ‘Die Kinder der Ruhr’ (monumentale portretten van Torso naakte kinderen) had ik een aantal jaren voor ‘The Swing’ (video-installatie) gemaakt. Op de eerste tentoonstelling liet ik alleen ‘The Swing’ zien. Maar op de volgende expositie bracht ik ze samen. Ineens zag ik het klaar: die twee werken horen samen. Het klopte. De kinderen aan de muur bekijken de toeschouwer die kijkt naar het meisje op de schommel.”

Een klein frêle meisje in een zwierig zomerjurkje schommelt van licht naar donker. Jeugd en onschuld, leven en verwondering. Haar haren golven door de ruimte. Hoofd achterover, een bloem in de middagzon…
De kijker aanschouwt de eerst zo zuiver lijkende metafoor van aantrekking en afstoting in een schommelend meisje. Dan blote voetjes, een stukje ondergoed heel even zichtbaar. Een spiraal naar de schaduwzijde. De toeschouwer wordt getuige van iets wat voorbij het plezier gaat. Hij wordt voyeur en wordt op zijn beurt bekeken door majestueuze portretten van halfnaakte kinderen. Een verstilde verscheidenheid aan blikken peilen naar de diepte bij de argeloze kijker. Een mengeling van culturen en karakters ontmaskeren hem. Een statige jury van meedogenloze jongelingen veroordeelt a-priori de kijker/voyeur. Schuldig door zijn zoals in Kafka’s Proces.
Wreedheid en kinderen is een belangrijk thema.

“Ik heb ooit een reportage gezien over Soldaten kinderen van een jaar of acht die zonder enige emotie de vreselijkste dingen doen; moorden. Kinderen zijn nog vrij. Ze zijn nog liquid crystals. Omdat ze niet zoals volwassenen beschikken over een referentiekader zijn ze tot alles in staat: tot in het onvoorstelbare.
Op kleine schaal gebeurt het ook hier. Op een multiculturele school, een école poubelle, waar ik foto’s heb gemaakt bevond ik me plotseling in een permanente geweldsituatie. Het was de hel. Je krijgt niets aan die kinderen gezegd, niet met liefde niet met strengheid en niet met geweld. Ze verstaan die taal niet. Het is makkelijker een kind dat goed is opgevoed aan te zetten tot wreedheid dan andersom. Dat wordt ook in de hand gewerkt door een maatschappij die zegt dat gewelddadige videospelletjes, televisie, — okay zijn. Het kwade is makkelijker, aantrekkelijker kortom sexy.

Ik ben nu bezig met een video over jongetjes tussen vijf en acht jaar. Wat gebeurt er als je die bij elkaar zet? — Hoe ensceneer je ze, hoe krijg je ze in gang? Ik zet ze in een cirkel en laat ze bewegen terwijl ik de cirkel steeds kleiner maak totdat ze ruimte tekort krijgen. In dat kleine territorium gebeurt het. Ze mogen hun hele lichaam gebruiken behalve hun handen en voeten. Er wordt niet geschopt geslagen of gestompt. Fascinerend.
Kleine meisjes — spelen met de seductie. Ik heb filmopnamen van ‘The Swing’ die ik niet gebruikt heb waar je dat spel overduidelijk ziet. De seductie tussen het meisje en het oog van de camera —- Zoiets kun je als regisseur niet ensceneren. Maar dit thema raakt natuurlijk een groot taboe.”

“Kunst is werk, research, wetenschap, analyse, filosofie anders wordt het artisanale niet overstegen. De onderwerpen vallen niet uit de hemel. Het komt niet uit nomansland maar uit je eigen diepte. Een kunstwerk moet je ‘leven’. Als het gemaakt is moet er tijd zijn tussen dat en het volgende. Tijd en afstand zijn nodig om je eigen werken zonder emotie te kunnen blicken. Ieder werk dat ik maak gaat weer een stap verder. Iedere dag probeer ik mijn grenzen te verleggen.”

Babylon Babies
De titel van deze portretreeks is ontleend aan een boek van de Franse schrijver Maurice Dantec. Het zijn immense portretten van pubers naakt tot onder de schouder. Ze kijken recht in de camera. Ze representeren de babylonische verwarring bij de jeugd in onze samenleving: de unverstandlichkeit der Menschen. Alle huidskleuren en mengelingen, karakters en gevoelsschakeringen zijn vertegenwoordigd. Een statement dat als aanstootgevend wordt ervaren. In Franckrijk hebben jongenren de werken beschadigd door er colaflesje naar te gooien omdat er ook een halfnaakt Arrabisch meisje tussen zit.

De kunstenaar is een stapje vooruit.
“Kunst is een soort wetenschap, de pendant van de geschiedenis. L’histoire est écrite dans les livres en de kunst levert er de beelden bij. Je kunt jarenlang de literatuur doornemen die over de Renaissance geschreven is, maar als je een aantal schilderijen uit die periode ziet weet je het meteen. Als kunstenaar ben je wellicht een stapje vooruit. Achteraf bezien hoort je werk bij de tijdsgeest. Je sublimeert een persoonlijke ervaring naar een algemene geldigheid. Het subjectieve wordt overstegen om waarheden, bewustzijn of visie aan het licht te brengen: een anders kijken naar de werkelijkheid. In die zin ben je voortdurend bezig met het experiment en research. Je tracht de omgeving, de wereld waarin we leven en het menszijn te exploreren.

Op dit moment is aborigene ‘kunst’ een hype. Ik vind dat ongelooflijk. Mensen die een tentoonstelling van werken van aboriginals zien vinden het fantastique! Maar het gaat het niet om die kleurige puntjes en streepjes. Het gaat om wat erachter ligt: hun cultuur, hun rituelen, de betekenis van de kleuren en de lijnen. Aboriginals gaan om met een beeldentaal die ons niet eigen is. Wij kennen de codes niet, we kunnen het niet lezen. Op die manier maakt men iets wat diepgang heeft tot iets decoratiefs en oppervlakkigs. Ik voel de zware densiteit in die werken en dat heeft in eerste instantie niets met schoonheid te maken maar veel meer met pijn en rituelen die wij niet kunnen begrijpen.
Kunst is op een zekere manier altijd elitair omdat je ‘een weten’ moet hebben om het te kunnen lezen.”

Marie-Jo Lafontaine neemt haar videofilms meestal op op pellicule met een 35mm camera. Op de set werkt ze met een professionele ploeg van soms tiental man; cameraman, chef operateur, machinisten, electro’s en af en toe acteurs zoals voor ‘Victoria’. Daarna volgt een maandenlange premontage in haar studio aan huis.

“Soms is het moeilijk om te weten hoe je de film wilt beginnen. Je zit met een stapel filmmateriaal en dan gaat het om de juiste aanzet, het juiste ritme, schwung , de juiste ‘cut’. Sommige prachtige beelden kun je niet gebruiken omdat ze niet bijdragen aan de story. Het is de kunst van het weglaten op zich is dat een moeilijk proces. Wat ik op de set heb opgenomen moet ik reduceren tot een film van vijf maximaal negen minuten. Langer kan men de aandacht van de bezoeker in een tentoonstellingszaal niet vasthouden. Mensen kunnen wel een half uur naar de repetitie van hetzelfde kijken. Het terugzien is geen probleem. Ik gebruik geen trucjes — in mijn films. Het is allemaal puur montage. In het kleine filmpje over de zee zitten 150 cuts! Tijdens het scheppingsproces moet er altijd een moment van magie zijn. Een innerlijk voelen dat je precies goed zit.
Ik werk mestals zonder stortyboard, maar wel met een duidelijk concept.—
Voor ‘Victoria’ werkte ik met twee acteurs. Ze personifiëren het gevecht voor de onbekende vrouw. Ik liet ze tevoren altijd een paar blokjes rond de studio rennen. Pour qu’ils deviennent le receptacles de mes informatieons. In studio draaiden ze rond elkaar. De camera had een vast standpunt. Eerst is er afstand dan betreedt er één het territorium van de ander- conflict, confrontatie- voor onze ogen speelde zich een continue psychodrama af. (Tijdens het gevecht heb ik in moeten grijpen. Ze waren ‘out of control’ ) Only victory is harder than defeat.”

Comment est fait l’homme?
Het is een groot raadsel hoe het allemaal functioneert: das Sein is het grote enigma, Eerst is er de mens als lichaam een soort machine met een hart. En verder… zijn we niets meer dan een seconde in het geheel. Kunst tracht dit enigma op haar eigen manier te onderzoeken en te laten resoneren.
In mijn volgende video wil ik proberen of het mogelijk is om op het hoogtepunt te stoppen. Een lang voorspel met een climax: STOP. Zonder conclusie zonder moraliteit.”

Dorine Esser

“(…)
Car j’ai, pour fasciner ces dociles amants,
De purs miroirs qui font toutes choses plus belle :
Mes yeux, mes larges yeux aux clartés éternelles ! “
Charles Baudelaire ‘Les Fleurs du mal’ – XVII La Beauté –